Geen deel van de economie kan de komende jaren zonder: chips zijn de inzet van een mondiale miljardenrace, met veel geopolitiek spierballengerol. Iedereen trekt daarbij aan de mouw van het Leuvense onderzoekscentrum Imec. ‘Maar wij dansen met iedereen. Dat is onze rol.’
Margrethe Vestager, eurocommissaris voor Mededinging, had witte sneakers aangetrokken voor haar bezoek aan Imec vorige week. De Deense postte achteraf op Twitter een filmpje waarin ze - in versneld tempo - met CEO Luc Van den hove een tocht maakt door de lange gangen van het Leuvense onderzoekscentrum. Inclusief een stop aan het immense binnenraam dat uitzicht geeft op het hart van Imec: de cleanroom met testinfrastructuur waar alle nieuwste technologie voor de hele chipwereld wordt ontwikkeld. En zelfs voor een eurocommissaris geldt: aan het venster kijken mag, binnengaan niet. Te gevoelig, te complex, te strenge veiligheidsprotocollen. Vestager becommentarieerde het filmpje: ‘Imec heeft een belangrijke rol te spelen om Europa sterker te maken.’
Ze echode daarmee wat die andere eurocommissaris, Thierry Breton, verantwoordelijk voor Industrie, een maand eerder ook al zei toen hij present tekende in Leuven. Ze spelen Imec uit als troefkaart om Europa op de kaart te zetten in de internationale race om chips. En ze zijn niet de enigen die aan de mouw van Van den hove trekken. ‘Het is voorbije maanden druk geweest, ja’, reageerde hij donderdag droogjes vanuit de auto op weg naar zijn vakantiebestemming.
De Belgische politiek kwam langs. Onder anderen premier Alexander De Croo (Open VLD) en Vlaams minister-president Jan Jambon (N-VA). Ze hoopten België via Imec op de radar te krijgen voor een nieuwe Europese fabriek van de Amerikaanse chipreus Intel. Die plannen blijken ondertussen weer van de baan, maar Intel-topman Pat Gelsinger, een van de machtigste spelers in de chipwereld, vond in elk geval ook de weg naar Leuven. De voorbije maanden zelfs meerdere keren.
‘We werken innig samen’, bevestigt Van den hove. ‘Maar niet alleen met Intel. De afgelopen maanden hebben we met de hele wereld gesproken. Was het niet live, dan wel via videocall.’ Meteen is duidelijk dat hij de rol van Imec als ‘Zwitserland’ in de hele machtsstrijd in de chipsector heiligt. Er kan geen sprake zijn van exclusieven.
De neutrale rol en het principe van ‘open innovatie’ waren het recept voor het succes van Imec, benadrukt hij. Sinds het in 1984 opgericht werd als Interuniversitair Micro-Elektronica Centrum heeft Imec samengewerkt met elke partij, elke universiteit, elk bedrijf in de sector. ‘Innovatie in chiptechnologie kan alleen als je iedereen samenbrengt.’
Samenwerking
‘De Nederlandse chipmachinebouwer ASML, waar we al dertig jaar een heel nauwe band mee hebben, maakt zowat alle machines waarop geavanceerde chips vandaag worden gemaakt. Maar als zij hun machines willen verbeteren, kan dat maar met de juiste materialen, de juiste ontwerpen, de juiste processen. Dus alles wat ervoor en erna komt. Zij kunnen dat niet zelf, daarvoor komen ze bij ons.’
Er is de samenwerking, maar na ruim drie decennia ook een niet te evenaren infrastructuur. In de cleanroom die Vestager vanachter het raam kon zien, staat de meest geavanceerde pilootlijn ter wereld. ‘Eén machine van ASML kost al snel 200 miljoen. Het is vandaag niet meer haalbaar dat elke speler die individueel in huis haalt voor tests. Wij hebben die wel. Net zoals we de infrastructuur hebben om materialen te testen, om feedback te geven over designs. Dat is uniek. Als we arrogant mogen zijn, kunnen we zeggen dat Imec in het midden van de ketting zit.’
‘We hebben die rol kunnen claimen door technische expertise, uiteraard, maar ook omdat we vanuit het kleine Vlaanderen een imago van neutraliteit konden opbouwen. We worden niet gedomineerd door één grote speler, zoals een onderzoekscentrum in Taiwan automatisch in functie staat van TSMC, ’s werelds grootste producent van chips.’
De vraag is of die neutraliteit onder druk komt, nu sinds corona een heuse ‘space race’ in de chipsector aan de gang is. De pandemie heeft tot een digitale versnelling geleid en het belang van halfgeleiders scherpgesteld. ‘We hadden nooit zo snel vaccins gehad zonder dat we via krachtige chips het genoom van het virus in kaart hadden kunnen brengen’, zegt Van den hove. ‘Plots besefte iedereen hoe cruciaal technologie geworden is. Op alle vlakken.’
‘Vroeger dacht iedereen bij chips aan computers en smartphones, maar vandaag kan geen enkele industrie zonder. Van de gezondheidssector, tot voeding en landbouw, communicatie - denk aan 5G of zelfs 6G - of auto’s. 80 procent van de innovatie in wagens komt van elektronica.’ Dat de voorbije maanden autofabrieken in de VS en Europa platgingen door een tekort aan chips is tekenend.
De verwachte groei zal de chipmarkt de komende tien jaar nog eens doen verdubbelen, van 440 miljard dollar in 2020 naar meer dan 800 miljard dollar in 2030. En dat gaat enkel over de chips, niet over de producten waarvan ze de hoeksteen vormen. De waarde daarvan loopt tot in de biljoenen.
Politieke dimensie
De economische strijd om digitale technologie en artificiële intelligentie heeft ook een politieke dimensie gekregen. Grootmachten als de VS, China en Europa beseffen dat wie zich van de nodige en juiste chips kan verzekeren, een streepje voor heeft in het gevecht om macht en invloed. Ook dat is door de coronacrisis op scherp gezet.
Voor de chipschaarste bij de autofabrieken in de VS en Europa - die naar schatting 60 miljard dollar inkomstenverlies kost - wordt gekeken naar China, waar bedrijven massale voorraden aanlegden. Ook de dominantie van TSMC, dat samen met het Zuid-Koreaanse Samsung driekwart van de wereldwijde productie in handen heeft, is een doorn in het oog. Zeker omdat China duidelijk aanstalten maakt om zijn greep op Taiwan te vergroten.
De vrees om achterop te geraken zet een verhitte investeringswedloop in gang. China gooit met miljarden om zijn lokale chipindustrie op te pompen, vooral om qua kennis een achterstand in te halen. Zuid-Korea en Japan kondigden ook al miljardenplannen aan. In de VS riep president Joe Biden de Chip Act in het leven, goed voor 52 miljard dollar aan investeringen. Ook Europa schroeft de ambities op. Breton wil de productie in Europa weer opdrijven - van 9 procent nu tot 20 procent van de wereldwijde capaciteit in 2030. 22 landen steunen al zijn plan voor een alliantie van bedrijven uit de hele waardeketen van chips en halfgeleiders. Voor echte innovatie biedt zo’n samenwerking een soepeler subsidieregime.
To Suisse or not to Suisse
In al dat geweld probeert iedereen Imec voor zijn kar te spannen. Omdat ze in Leuven, met hun 5.000 onderzoekers en unieke infrastructuur, de sleutel in handen hebben voor elke nieuwe technologische innovatie. Een letterlijke overname is niet aan de orde - als onafhankelijke Vlaamse vzw - maar in hoeverre is de status van het Zwitserland van de chipsector houdbaar als de geopolitieke krachten zich beginnen te roeren?
Als de VS willen verhinderen dat China een inhaalslag maakt, is de beste manier de Chinezen zo veel mogelijk weg te houden bij Imec. Als Breton straks fabrikanten naar Europa wil lokken, zal Imec als troefkaart worden uitgespeeld. Dat kan druk zetten om bepaalde partijen primair te bedienen. Zeker als er veel centen voor het almaar duurdere onderzoek nodig zijn. Het is een geopolitiek mijnenveld waarin Imec moet manoeuvreren.
Van den hove reageert kalm. ‘Natuurlijk voelen we de spanningen oplopen. De druk stijgt overal. Dat schept wat onzekerheid en we houden er rekening mee dat er nieuwe evenwichten komen. Maar het moet onze ambitie zijn neutraal te blijven. We dansen met iedereen, dat is onze rol. Als we dat opgeven, ondergraven we ons model.’
We kunnen alleen maar sterker worden als we onze voorsprong verzilveren. Dat is dus de opdracht.
Meer nog ziet hij kansen. ‘Het beeld heeft lang geleefd dat de chipsector in Azië zat, nu is wel duidelijk dat dat niet helemaal waar is. De productie zit misschien grotendeels in Taiwan en Zuid-Korea, maar met ASML in Nederland en Imec hier in Leuven hebben we onmisbare schakels in de chipsector in handen. De wereld is afhankelijk van onze expertise. Als Europa zijn ambities opschroeft, liggen er kansen om die afhankelijkheid verder uit te bouwen. Ik noem dat ‘reversed dependency’.’
‘Daar pleit ik trouwens voor bij Breton. Focus op de sterktes van Europa. In O&O, in machinerie, in productieprocessen. Natuurlijk is het ook belangrijk productie naar hier te halen. Maar laat het aan Intel of TSMC om die fabrieken hier te bouwen.’
Hoe dan ook heeft Imec te winnen bij de investeringsrace. ‘We kunnen alleen maar sterker worden als we onze voorsprong verzilveren. Dat is dus de opdracht.’
Imec, centrale schakel in de ketting
De chipindustrie valt grosso modo uiteen in verschillende delen:
- Leveranciers van materialen en componenten. Geen product kan worden gemaakt zonder de juiste grondstoffen, onderdelen en toestellen. Ook een chip niet. Grondstoffen en onderdelen komen van bedrijven als Fujifilm, Umicore of Inpria, in machines is het Nederlandse ASML met voorsprong de belangrijkste naam.
- Bedrijven die de chips ontwerpen. Dat gebeurt in sommige gevallen door bedrijven die ze erna ook produceren - volledig geïntegreerde spelers als Intel of Samsung. Maar je hebt ook bedrijven die ontwerpen zonder zelf over (grote) productiecapaciteit te beschikken, zoals Qualcomm, Texas Instruments, Sony of ARM. Die laatste categorie besteedt de productiestap uit aan foundries, grote productievestigingen zoals het Taiwanese TSMC of Samsung.
- Na de productie volgt de assemblage en testing, iets wat vaak uitbesteed wordt aan gespecialiseerde bedrijven als Amkor of JCET.
Imec werkt door heel die keten heen aan innovatie. Elk bedrijf in de sector klopt aan in Leuven voor expertise. Er zijn meer dan 500 samenwerkingen met partners van over de hele wereld.
In de 'space race' om chips wil iedereen een stukje van Leuven - De Tijd
Read More
No comments:
Post a Comment